Lang leek Luuk de Jong zaterdag voor de tweede week op rij 'matchwinner' voor FC Barcelona te worden. Maar de gelijkmaker, kort voor tijd van de voet van Antonio Puertas, bezorgde thuisploeg Granada alsnog een punt: 1-1.
De Jong, vorige week de maker van het enige doelpunt tegen Mallorca (0-1), leek al na acht minuten Barcelona op voorsprong te zetten met een rake kopbal. Alleen de VAR had gezien dat voorafgaand Gavi, de man van de voorzet, buitenspel had gestaan. De Nederlandse aanvaller schoot niet veel later op acrobatische wijze net over.
Barcelona mopperde toen scheidsrechter Alberto González een duw van Raúl Torrente op De Jong onbestraft liet. De arbiter was consequent want zag aan de andere kant ook niets in een overtreding van Gavi op Luis Milla.
De Jong opende in de 57e minuut alsnog de score. Hij kopte raak uit een voorzet van Dani Alves, de 38-jarige Braziliaan die terugkeerde en zijn eerste competitieduel voor 'Barça' speelde sinds mei 2016. De Jong werd enkele minuten later gewisseld voor Memphis Depay, die terugkeerde van een hamstringblessure. Frenkie de Jong ontbrak wegens een spierblessure.
Barcelona kwam onder druk te staan, zeker nadat Gavi met twee keer geel in de 80e minuut naar de kant moest. In de 89e minuut was het raak: de bal belandde per toeval uit een hoekschop voor de voeten van middenvelder Puertas, die dan toch Marc-André ter Stegen wist te passeren.
Door de zege van Real Sociedad op Celta (1-0) zakte Barcelona een plaats in La Liga. Het staat nu zesde met 32 punten uit twintig duels.
In dit artikel is informatie uit het ANP gebruikt.