De eerste editie van de Concacaf Nations League is gewonnen door de Verenigde Staten. In Denver was de ploeg van bondscoach Gregg Berhalter, oud-speler van onder meer PEC Zwolle, Sparta Rotterdam en SC Cambuur, na verlenging met 3-2 te sterk voor Mexico. In navolging van de Europese voetbalbond UEFA heeft ook de Concacaf, de federatie voor landen uit Noord- en Midden-Amerika en het Caribisch gebied, een Nations League opgezet.
De Amerikaanse aanvoerder Christian Pulisic maakte in de 114de minuut uit een strafschop het winnende doelpunt. Andrés Guardado kreeg in de extra tijd van de verlenging de kans om de stand vanaf 11 meter weer gelijk te trekken, maar de ingevallen keeper Ethan Horvath stopte de penalty van de oud-PSV'er.
De bijna 40.000 toeschouwers zagen een spectaculaire finale. Jesús Corona (ex-FC Twente) zette Mexico al na 1 minuut spelen op voorsprong, na een fout in de Amerikaanse defensie. Giovanni Reyna trok de stand gelijk, maar via Diego Lainez kwamen de Mexicanen in de 79ste minuut weer aan de leiding. Juventus-middenvelder Weston McKennie zorgde 3 minuten later voor de gelijkmaker, waardoor een verlenging noodzakelijk werd.
Bij de Amerikanen werd oud-Ajacied Sergiño Dest, nu speler van FC Barcelona, na een uur gewisseld. Edson Álvarez van Ajax ging bij Mexico in de slotfase van de verlenging naar de kant. Met Héctor Moreno en Hirving Lozano stonden ook twee oud-spelers van PSV in de basis.